Programma 3 Sociale leefomgeving

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Programma 3 Sociale leefomgeving - Wat mag het kosten?
Bedragen x €1.000
Exploitatie Begroting 2025 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2026 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2027 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2028 Progr.begr. 2025-2028
Lasten
Incidenteel 1.330 334 40 39
Structureel 33.524 33.575 34.068 34.717
Totaal Lasten 34.854 33.909 34.108 34.755
Baten
Incidenteel 1.127 231 20 20
Structureel 6.991 7.011 7.027 7.043
Totaal Baten 8.119 7.243 7.047 7.063
Saldo excl. bestemmingen -26.735 -26.666 -27.062 -27.693
Stortingen
Mutaties reserves 550 550 550 550
Totaal Stortingen 550 550 550 550
Onttrekkingen
Mutaties reserves 773 309 137 135
Totaal Onttrekkingen 773 309 137 135
Bestemmingen per saldo 223 -241 -413 -415

Focusgebied Sociaal domein

Uitgangspunten coalitieakkoord

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Uitgangspunten coalitieakkoord

Als gemeente zorgen we voor passende zorg en ondersteuning voor inwoners die dat nodig hebben. Dat kunnen we alleen waarmaken als we zorgvuldig omgaan met aanvragen voor ondersteuning. We zijn ons ervan bewust dat door de krimp op de arbeidsmarkt er een extra opgave komt om zekerheid van het bieden van zorg te waarborgen. Als iemand er zelf én met hulp van de omgeving niet uitkomt, dan is er een vangnet. Dit betekent dat we een goede balans nodig hebben tussen heldere en duidelijke richtlijnen enerzijds en de menselijke maat anderzijds.

Onder andere bij de Participatiewet willen we onderzoeken of het beleid voldoende ruimte laat aan medewerkers om in de uitvoering de menselijke maat te kunnen hanteren. Daarom treffen we maatregelen die helpen voorkomen dat inwoners een beroep doen op ondersteuning.

Preventie en laagdrempelige zorg is een noodzakelijke belangrijke opgave in de transformatie van de zorg in onze gemeente. Dit doen we door een aanbod van algemene en voorliggende voorzieningen (waarvoor geen beschikking van de gemeente voor nodig is). We streven naar tijdiger en effectiever signaleren en naar een algemener en laagdrempeliger aanbod. Daarom zoeken we samenwerking in de regio. Dit in lijn met spoor vier van het ontwikkelplan Bestuurskracht.

Vangnet en voorkómen zijn geen nieuwe uitgangspunten. Het onderzoeksrapport ‘Naar een evenwichtig sociaal domein’ uit 2020 bevat goede bouwstenen om een evenwichtig beleid te voeren. Beleid met de juiste zorg en ondersteuning en een beheersbare kostenstijging. Deze koers zetten we door in de komende jaren. Het solide en sociale vangnet dat we met ons minimabeleid hebben, maken wij beschikbaar voor een grotere doelgroep. Hierbij hoort ook een effectieve schuldhulpverlening. Immers, door onder andere hoge inflatie neemt de armoede toe.

We zien veel samenhang tussen de verschillende beleidsterreinen, bijvoorbeeld huiswerkbegeleiding van jongeren combineren met sporten, het leren omgaan met geld, gezonde voeding én met samenwerken en inzetten voor anderen. Als onderwijs, sportverenigingen en de Stichting Welzijn Brummen samenwerken in het aanbod. Of als inwoners samenwerken bij de energietransitie, de inrichting van hun straat of de integratie van nieuwkomers. Kortom, als het samenleven wordt versterkt door buurtwerk en een gebiedsgerichte aanpak. In dit licht streven we bij de decentralisatie van Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis. Dit met een passende lokale structuur van voorzieningen en ondersteuning.

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Trends en ontwikkelingen

Inkoop zorg (Wmo en jeugd)
In 2025 geven we uitvoering aan diverse ontwikkelingen. Zowel lokaal als regionaal. Binnen de zorgregio Midden IJssel/Oost Veluwe is een start gemaakt met de voorbereidingen voor de inkoop van zorgproducten in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet. Dit alles om per 1 januari 2026 de nieuwe inkoop van deze zorgproducten te kunnen realiseren. De Hervormingsagenda Jeugd is hierop van directe invloed. Het Ministerie van VWS heeft in het Implementatieplan Hervormingsagenda 2023-2028 beschreven dat gemeenten binnen de inkoop van zorg voor jeugdigen moeten komen tot het vormen van een gemeenschappelijke regeling. Binnen onze zorgregio wordt onderzocht hoe we dat vorm gaan geven.

De Hervormingsagenda Jeugd geeft ook aan dat de Jeugdwet wordt herijkt. De lichte vormen van ondersteuning en opvoedondersteuning gaan uit de Jeugdwet verdwijnen. Binnen de gemeente Brummen is, vooruitlopend op deze wetswijziging, gestart met de voorbereidingen om deze zorg op een andere manier in te richten. Ook het Integraal Zorg Akkoord (IZA) en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) zijn van invloed op de manier waarop zorg voor onze inwoners wordt vormgegeven. Dit uit zich in de verdere verandering (transformatie) van de zorg, de versterking van de sociale basis en het inrichten van de lokale preventie infrastructuur. Gezien de demografische ontwikkelingen in onze gemeente, waaronder de vergrijzing en de toename van het aantal inwoners met dementie, is de omslag zeer belangrijk. Ook het feit dat er minder zorgpersoneel beschikbaar is om de toenemende vraag naar zorg te leveren, maakt dat er ingezet moet worden op deze ontwikkeling. Dit om de noodzakelijke zorg voor alle inwoners toegankelijk en betaalbaar te houden.

Participatiewet in balans
Op 1 januari 2025 treedt naar verwachting de wetgeving “Participatiewet in Balans” in werking. Deze wet heeft tot doel om evenwicht te brengen tussen de drie kernelementen van de Participatiewet: bestaanszekerheid, participatie en handhaving. Als uitgangspunt om tot dit evenwicht te komen wordt de mens centraal gezet en wordt uitgegaan van vertrouwen. Lokaal en regionaal in de subregio Apeldoorn werken we met andere gemeenten samen aan de voorbereiding van deze wetswijzing.

Uitdaging opvang nieuwe inwoners (statushouders)
We staan met elkaar in Nederland en in de gemeente Brummen voor de uitdaging om een toenemend aantal statushouders op te vangen. Mensen die op de vlucht zijn voor oorlog, geweld en onderdrukking. Mensen die na een vaak lange procedure in Nederland een verblijfsvergunning hebben gekregen. Gemeenten hebben de wettelijke maar ook morele verantwoordelijkheid om te zorgen voor ondersteuning, passende woonruimte en inburgering. Statushouders zijn immers ‘nieuwe Nederlanders’ en daarmee ook welkome nieuwe inwoners van onze gemeente.

Meer uitkeringsgerechtigden
Binnen de uitvoering WerkFit Brummen is in de periode 2019–2022 een substantiële daling in het aantal uitkeringsgerechtigden Participatiewet gerealiseerd. Vanaf 2023 is er sprake van een stijging in het aantal uitkeringsgerechtigden. De uitdaging om statushouders te huisvesten speelt hierbij ook een belangrijke rol. Statushouders zijn zeker in de eerste fase van het inburgeringstraject vaak aangewezen op een Participatiewet-uitkering. Er zijn zowel landelijke als regionale initiatieven om statushouders naar betaald werk toe te gaan leiden. Zowel lokaal als regionaal in samenwerking met het Werkcentrum Stedendriehoek Veluwe zetten we hierop in.

Meer Inburgeringsplichtigen
Nieuwkomers in onze gemeente hebben door de Wet inburgering een verplichting om een inburgertraject van 3 jaar te volgen. Binnen 3 jaar moeten zij het inburgeringsexamen behalen. De gemeente Brummen heeft als wettelijke taak om dit inburgeringstraject direct te organiseren en om hier regie op te voeren. We verwachten dat het aantal trajecten voor inburgering de komende jaren groeit.

Minimaregelingen 2025
In november 2024 bespreekt de gemeenteraad de nota minimaregelingen 2025. In 2025 en de jaren daarna krijgt deze nota concrete uitwerking met een uitvoeringsplan. Doel hiervan is een beter bereik van de regelingen en betere communicatie hierover. Dit is immers in de begroting 2024 afgesproken.  Uitgangspunt is uitvoering binnen het budget van deze begroting. Maar gezien de ambitie om het bereik te gaan vergroten en om meer inwoners die recht hebben op een regeling deze daadwerkelijk te gaan verstrekken zijn meerkosten niet uit te sluiten. 

Integraal armoedebeleid
In oktober 2024 neemt de gemeenteraad een besluit over de nota integraal armoedebeleid. De uitvoering van het integraal armoedebeleid krijgt in 2025 en de jaren daarna vorm op basis van een uitvoeringsplan.

Doorbraakmethode
In 2024 is in onze gemeente begonnen met de invoering van de doorbraakmethode. Er is gestart met een testfase met 30 casussen. Stichting Welzijn Brummen en Woningstichting Veluwonen nemen actief deel aan dit implementatietraject. Deze testfase wordt nog in 2024 geëvalueerd. Voor het vervolg wordt eind 2024 een businesscase ontwikkeld. In 2025 voeren we de doorbraakmethode in als standaardwerkwijze binnen het Team voor Elkaar en WerkFit Brummen.

Integrale kadernota sociaal domein en de visie op de sociale basis
In 2024 worden er twee belangrijke documenten opgesteld. Allereerst een integrale kadernota sociaal domein, Daarnaast een visie op de sociale basis, inclusief kaders voor de algemene voorzieningen. Besluiten door de gemeenteraad over beide documenten is voorzien in december 2024. Na deze besluitvorming wordt in het eerste kwartaal van 2025 een uitvoeringsplan gemaakt. Dit om deze kaderstellende plannen te vertalen naar uitvoeringsmaatregelen. En om deze concrete plannen te gaan invoeren.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken?

1. Ingaande medio 2026 is (lichte) ambulante jeugdhulp en opvoed- en opgroeiondersteuning beschikbaar als (groepsgerichte) vrij toegankelijke voorziening

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 1. Ingaande medio 2026 is (lichte) ambulante jeugdhulp en opvoed- en opgroeiondersteuning beschikbaar als (groepsgerichte) vrij toegankelijke voorziening

Wat gaan we doen?

2. Er is in 2025 een robuuste regionale samenwerkingsvorm (gemeenschappelijke regeling) voor de inkoop van jeugdhulp in het kader van de jeugdwet gerealiseerd

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 2. Er is in 2025 een robuuste regionale samenwerkingsvorm (gemeenschappelijke regeling) voor de inkoop van jeugdhulp in het kader van de jeugdwet gerealiseerd

Wat gaan we doen?

3. We werken toe naar het gaan voldoen aan de kenmerken sociaal wijkteam overeenkomstig het convenant ‘stevige lokale teams’ zoals beschreven in de Hervormingsagenda Jeugd

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 3. We werken toe naar het gaan voldoen aan de kenmerken sociaal wijkteam overeenkomstig het convenant ‘stevige lokale teams’ zoals beschreven in de Hervormingsagenda Jeugd

Wat gaan we doen?

4. Armoede wordt integraal en in gezamenlijkheid door onder andere maatschappelijke partners, kerken, inwonersinitiatieven, lokale ondernemers en de gemeente bestreden

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 4. Armoede wordt integraal en in gezamenlijkheid door onder andere maatschappelijke partners, kerken, inwonersinitiatieven, lokale ondernemers en de gemeente bestreden

Wat gaan we doen?

5. Binnen de uitvoering van de Participatiewet staat de mens centraal, werken we vanuit vertrouwen en vanuit de bedoeling

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 5. Binnen de uitvoering van de Participatiewet staat de mens centraal, werken we vanuit vertrouwen en vanuit de bedoeling

Wat gaan we doen?

6. Nieuwkomers zijn welkom, spreken de Nederlandse taal, zijn ingeburgerd, doen mee, zijn zelfredzaam en werken naar vermogen

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 6. Nieuwkomers zijn welkom, spreken de Nederlandse taal, zijn ingeburgerd, doen mee, zijn zelfredzaam en werken naar vermogen

Wat gaan we doen?

7. De transitie ‘van beschermd wonen naar een beschermd thuis’ komt tot stand door zowel regionaal als lokaal een passend ondersteuningsaanbod beschikbaar te hebben waardoor de doelgroep vaker thuis of in de eigen woonplaats kan blijven wonen

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 7. De transitie ‘van beschermd wonen naar een beschermd thuis’ komt tot stand door zowel regionaal als lokaal een passend ondersteuningsaanbod beschikbaar te hebben waardoor de doelgroep vaker thuis of in de eigen woonplaats kan blijven wonen

Wat gaan we doen?

8. Het Geheugensteunpunt in de gemeente Brummen biedt voor inwoners met (beginnende) dementie en hun mantelzorgers een breed laagdrempelig en vrij toegankelijk ondersteuningsaanbod dat is afgestemd op de vraag en behoefte

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wat willen we bereiken? - 8. Het Geheugensteunpunt in de gemeente Brummen biedt voor inwoners met (beginnende) dementie en hun mantelzorgers een breed laagdrempelig en vrij toegankelijk ondersteuningsaanbod dat is afgestemd op de vraag en behoefte

Wat gaan we doen?

Wanneer zijn we tevreden?

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Wanneer zijn we tevreden?

1. Eind Q2 2025 is het implementatieplan gereed.

2. De gemeenteraad in 2025 heeft een besluit genomen over de vorming van een robuuste regionale samenwerkingsvorm (gemeenschappelijke regeling).

3. Het plan van aanpak ‘stevige lokale teams’ is in samenwerking met de VNG ontwikkeld en in Q3 vastgesteld.

4. Het uitvoeringsplan armoede is met meetbare resultaten en KPI’s in Q2 vastgesteld.

5. De uitvoeringsregels zijn in Q2 herijkt.

5. Medewerkers WerkFit hebben eind 2025 minimaal twee trainingen/workshops gevolgd gericht op het werken vanuit de bedoeling en vertrouwen met 100% deelname van alle medewerkers.

6. Het plan van aanpak nieuwkomers is met meetbare resultaten en KPI’s gereed in Q2.

6. Iedere inburgeringsplichtige heeft binnen tien weken een Persoonlijk plan Inburgering en Participatie (PIP).

7. Jaarwerkplan Beschermd Thuis is met meetbare resultaten en KPI’s in Q1 vastgesteld.

7. Consulenten Team Voor Elkaar hebben een training van Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis gevolgd.

8. In 2025 is het integraal uitvoeringsplan visie op de sociale basis met meetbare resultaten en KPI’s gereed.

8. Casemanagers dementie binnen Verian en Riwis kunnen in 2025 door middel van versnelde route gemandateerd en AVG-proof voor een inwoner een aanvraag doen voor een voorziening dagbesteding, respijtzorg en huishoudelijke hulp.

Het financieel verloop van het focusgebied sociaal domein

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Het financieel verloop van het focusgebied sociaal domein
Bedragen x €1.000
Exploitatie Begroting 2025 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2026 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2027 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2028 Progr.begr. 2025-2028
Focusgebied sociaal domein
Lasten 27.565 26.407 26.598 27.046
Baten 6.705 5.859 5.859 5.859
Onttrekkingen 753 247 75 75
Totaal Focusgebied sociaal domein -20.107 -20.302 -20.665 -21.113

Financiële ontwikkelingen focusgebied Sociaal Domein

Terug naar navigatie - Focusgebied Sociaal domein - Financiële ontwikkelingen focusgebied Sociaal Domein

Jeugdzorg
In de Perspectiefnota 2025-2028 is gemeld dat we in 2024 geconfronteerd zijn met een aantal gezinnen met een complexe problematiek waardoor er hoge kosten aan de orde zijn. In 2024 is er aanvullend nog een gezin bijgekomen waarbij complexe zware jeugdproblematiek aan de orde is. Ook hier is nu inzet van jeugdzorg met verblijf noodzakelijk. Deze noodzakelijke zorg is erg kostbaar. 

In de uitvoering jeugdzorg is merkbaar dat de problematiek bij de jeugdigen de afgelopen jaren steeds zwaarder is waardoor er intensievere en duurdere jeugdzorg nodig is. Ook landelijk en in de regio is deze trend aan de orde. De Hervormingsagenda jeugdzorg zal het tij van het groeiend aantal kinderen met jeugdzorg en jaarlijks continu stijgende kosten moeten gaan keren. De implementatie van de hervormingsagenda jeugdzorg zal een aantal jaren gaan duren en is recent opgestart. Stapsgewijs zal de implementatie van de hervormingsagenda gaat leiden tot invoering van maatregelen die hopelijk als effect gaan hebben dat de kosten uitvoering jeugdzorg beheerst gaan worden. In deze begroting 2025-2028 zijn een paar maatregelen opgenomen die gaan leiden tot beheersbaarheid van de kosten. Het gaat hierbij om ambulante jeugdhulp en opvoed- en opgroeiondersteuning als (groepsgerichte) vrij toegankelijke voorziening en de doorbraakmethode. Met deze maatregelen geven we voortvarend invulling aan de Hervormingsagenda. Voor andere maatregelen, zoals de voor de beheersing van de kosten belangrijke aanpassing van de Jeugdwet, zijn we afhankelijk van de landelijke overheid. Ook is de doorbraakmethode een belangrijk onderdeel hiervan.

Binnen de uitvoering jeugdzorg is bij een tweetal onderdelen sprake van lagere kosten. In lijn met het landelijk en lokale beleid vinden er minder gesloten jeugdzorg plaatsingen plaats. Hierdoor is er minder budget voor gesloten jeugdzorg plaatsingen nodig. 

De afgelopen periode is er gewerkt aan een betere samenwerking tussen Team voor Elkaar en het jeugd- en jongerenwerk. Mede hierdoor vinden er  minder verwijzingen plaats naar maatwerkvoorzieningen voor dagbesteding.

Naast deze inhoudelijke ontwikkelingen is bij het opstellen van de begroting gebleken dat een budget van € 450.000 ten onrechte niet was opgenomen in de meerjarenraming. In 2023 is de taakveldindeling voor de kosten van jeugdzorg door het Rijk aangepast. Bij het omzetten van onze administratie naar de nieuwe indeling is het budget voor Jeugdzorg verblijf zwaar niet meegenomen in de begroting 2024 en meerjarenraming. Dit wordt in de tweede bestuursrapportage 2024 en deze programmabegroting 2025-2028 administratief gecorrigeerd.

De eerder aangekondigde Rijksbezuiniging van landelijk € 500 miljoen (samenhangend met de hervormingsagenda jeugdzorg) op het jeugdzorg budget 2025 is ingetrokken. Het nieuwe kabinet heeft aangekondigd de bezuiniging voor 2026 en verder ook laten vervallen, maar dit is nog niet formeel (via een circulaire) besloten. Dit betekent in 2025 extra inkomsten voor de gemeente Brummen. Omdat deze financiering gaat via het gemeentefonds worden deze extra inkomsten toegelicht in programma 4.

Gezien bovenstaande zijn de volgende mutaties aan de orde:
Pleegzorg                                                                       + € 140.000
Jeugdzorg maatwerk GGZ                                  + € 112.000
Jeugdzorg begeleiding                                          + € 337.000 
Jeugdzorg behandeling                                         + € 260.000
Jeugdzorg gesloten plaatsing                            - € 172.000
Jeugdzorg dagbesteding                                       - € 260.000
Jeugdzorg verblijf zwaar (administratief)  + € 450.000 

In de Perspectiefnota 2025-2028 was een ombuiging als stelpost van € 400.000 opgenomen, die in voorliggende begroting is verwerkt. 

Jeugdhulp en onderwijs
Om te komen tot inclusiever onderwijs worden jeugdhulp en onderwijs nauwer aan elkaar verbonden. Dit is één van de afspraken in de Hervormingsagenda Jeugd. In onze regio loopt binnen het samenwerkingsverband Zutphen een pilot op alle VO-scholen in Zutphen en Het Rhedens in Dieren. Het gaat hier om preventief jongerenwerk. Besloten is de pilot door te zetten tot 2025. Na een evaluatie wordt in 2025 besloten over het vervolg en het voornemen om het project om te zetten in een vaste activiteit. De totale kosten van dit project worden evenredig verdeeld tussen het onderwijs en de deelnemende gemeenten. Dit gebeurt naar de verhouding van het aantal afgegeven beschikkingen.

Het aandeel voor de gemeente Brummen bedraagt € 40.000 in 2025. Dit bedrag wordt gedekt vanuit de bestemmingsreserve Hervormingsagenda Jeugdzorg. Dit omdat het inzetten op de verbinding jeugdhulp en onderwijs onderdeel is van de Hervormingsagenda Jeugdzorg.

Wmo
In het rapport “Naar een evenwichtig sociaal domein” is een heldere koers ingezet. Deze zetten we de komende jaren voort. Wie noodzakelijke Wmo-zorg en -ondersteuning nodig heeft krijgt deze. Maar we kijken meer naar eigen kracht van inwoners, zetten meer algemene en preventieve voorzieningen in en zijn minder ruimhartig. In 2024 zijn er dorpskamers als algemene voorziening in Eerbeek en in Brummen gestart. Hierdoor kunnen inwoners met een dagbestedingsvraag nu terecht bij de dorpskamer. Dit betekent dat er minder inzet van maatwerkvoorzieningen begeleiding/dagbesteding  nodig is. Dit betekent dat er voor Wmo begeleiding € 193.000 minder nodig is. Voor de uitvoering Wmo huishoudelijke hulp is er ook minder nodig: € 211.000.

Kanttekening bij de uitvoering huishoudelijke hulp is dat door personele problemen bij aanbieders van huishoudelijke hulp er langere wachttijden zijn. Ook is 100% uren levering van huishoudelijke hulp aan huis niet altijd mogelijk. Wanneer het aanbieders gaat lukken om meer personeel aan te trekken, dan zullen de kosten voor de gemeente Brummen stijgen. Eventuele meerkosten moeten dan gedekt  worden uit de behoedzaamheidsreserve. 
Een bijeffect van lagere uitgaven huishoudelijke hulp is dat de inkomsten van de eigen bijdrage voor huishoudelijke hulp ook lager gaan uitvallen. De inkomsten eigen bijdragen zijn hierdoor met € 25.000 structureel verlaagd. Voor de uitvoering van de Wet verplichte GGZ is externe uitvoering noodzakelijk. Dit betekent hogere loonkosten en daarmee een extra uitgavepost van € 20.000.

WerkFit Brummen
Binnen de uitvoering WerkFit Brummen verwachten wij een stijging van de loonkosten WSW-medewerkers met ongeveer € 75.000 per jaar. Dit loopt op tot € 310.000 in 2028.  Deze niet beïnvloedbare stijging is het gevolg van een nieuwe CAO voor de Wet sociale werkvoorziening. 

Meer uitkeringsgerechtigden Participatiewet
Binnen de uitvoering WerkFit Brummen is er een periode geweest met een flinke daling in het aantal uitkeringsgerechtigden Participatiewet en daarmee dus een financieel voordeel. Inmiddels is er sprake van een stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden en daarmee dus hogere kosten. Dit betekent dat we het budget ‘uitkeringen Participatiewet’ voor de komende twee jaar verhogen. Voor het jaar 2025 gaan we uit van jaarlijkse meerkosten van € 1.087.000. Voor 2026 gaan we uit van meerkosten van € 887.000. De financiering vanuit het Rijk voor de uitvoering via een specifieke gebundelde uitkering (BUIG) levert naar verwachting hogere inkomsten voor onze gemeente op. We gaan uit van extra inkomsten van € 450.000 in 2025 en € 500.000 in 2026. Voor de jaren 2027 en 2028 gaan we uit van minimaal een budget neutrale uitvoering.  De Rijksinkomsten BUIG dekken namelijk minimaal de uitvoeringskosten voor de uitkeringen Participatiewet. Het verschil tussen de Rijksbijdrage uitkeringen Participatiewet (BUIG) en de uitgaven uitkeringen Participatiewet dekken we in de komende jaren (2025 en 2026) vanuit de bestemmingsreserve huisvesting bijzondere doelgroepen. Dit is verantwoord omdat we met deze gelden verantwoord zorgdragen voor een goede opvang van de bijzondere doelgroep statushouders. Deze reserve vullen we dan in 2027 en 2028 weer aan met de extra inkomsten vanuit het BUIG-budget, dat we dan ontvangen voor deze doelgroep.

Minder beroep op de andere inkomensvoorzieningen 
Naast de uitvoering van de Participatiewet zijn we ook verantwoordelijk voor de uitvoering van de Inkomensvoorziening voor Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werknemers (IOAW), de Inkomensvoorziening Oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte gewezen Zelfstandigen (IOAZ) en het Bijstandsbesluit zelfstandigen (BBZ BUIG). Er is minder budget voor deze drie regelingen nodig dan eerder was voorzien. Ten opzichte van de Perspectiefnota kunnen de geraamde lasten nog eens met € 60.000 worden verminderd. Dit omdat we een lager beroep van inwoners op deze regelingen verwachten. Deze ontwikkeling heeft een positief effect voor onze ambitie om in 2027 en 2028 de uitvoering werk & inkomen binnen de gebundelde uitkering (BUIG) te realiseren.

Bijzondere bijstand en minimabeleid
Ten opzichte van de Perspectiefnota 2025-2028 zijn de ramingen op basis van de realisatie in 2023 en 2024 voor specifieke onderdelen binnen het minimabeleid aangepast. Dit leidt niet tot hogere kosten binnen de uitvoering van het totale minimabeleid. Met de invoering van het kwijtscheldingsbeleid vanaf 2024 zijn de begrotingsonderdelen vergoeding Diftar en vergoeding Rioolheffing niet meer nodig. Deze zijn daardoor ook vervallen. Dit levert per saldo geen financieel voordeel op.
Binnen de uitvoering bijzondere bijstand wordt rekening gehouden met € 85.000 aan hogere kosten. Statushouders die in de gemeente Brummen komen wonen, komen in het kader van bijzondere bijstand in aanmerking voor een vergoeding voor inrichtingskosten van de woning. Met deze vergoeding kunnen zij hun woning/kamer via aankopen bij onder andere tweedehands kringloopwinkels inrichten. Door de toename van het aantal gehuisveste statushouders gaan deze kosten stijgen.

Meer uitvoeringskosten dienstverleningsovereenkomst Apeldoorn
We gaan ervan uit dat de uitvoeringskosten voor de dienstverleningsovereenkomst met de gemeente Apeldoorn door een hoger aantal uitkeringsgerechtigden stijgen. Dit omdat met Apeldoorn is afgesproken dat een stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden betekent dat er meer betaald gaat worden voor de uitvoering door Apeldoorn. Daarom is het noodzakelijk om het budget voor deze uitvoeringskosten te verhogen met € 87.000 in 2025 en € 130.500 in 2026. Voor de jaren 2027 en 2028 gaan we gezien alle onzekerheden uit van extra kosten van € 100.000. Hierbij houden we rekening met uitstroom uit de uitkering, waardoor deze uitvoeringskosten lager gaan zijn dan in 2026.

Meer uitvoeringskosten dienstverleningsovereenkomst WerkFit Brummen
Het is al in de perspectiefnota aangegeven: we verwachten dat de uitvoeringskosten voor WerkFit Brummen stijgen. Meer uitkeringsgerechtigden betekent ook meer begeleiding van inwoners die via re-integratie en ondersteuning naar werk en participatie begeleid moeten gaan worden. Gezien de toename van het aantal uitkeringsgerechtigden is tijdelijke formatie-uitbreiding voor twee jaar met 1 formatieplaats klantmanagement WerkFit Brummen nodig. Zo kunnen we adequaat deze wettelijke taak uitvoeren. De kosten bedragen voor de komende twee jaar € 86.000 per jaar. Gezien de toename van het aantal nieuwkomers en inburgeringsplichtigen trekken we specifiek iemand aan met kennis en ervaring op gebied van re-integratie en toeleiding naar werk. De meerkosten voor de komende twee jaar worden ten laste gebracht van de bestemmingsreserve huisvesting bijzondere doelgroepen. Met deze inzet dragen we immers bij aan het adequaat uitvoeren van onze wettelijke taken richting statushouders en inburgeringsplichtigen.

Meer inburgeringsplichtigen 
We willen statushouders en andere inburgeraars een goede start in onze gemeente geven. Dit vraagt ook een inspanning als het gaat om inburgering. Niet alleen omdat we hier een wettelijke taak hebben om voor nieuwkomers een goed inburgeringstraject in te richten. En hier regie op te voeren. Ook omdat we hier zeker gebruik willen maken van de kracht in onze samenleving om deze opgave goed te volbrengen.

De caseload voor de huidige medewerkers is maximaal. Gezien de trend die wijst op een toename van het aantal Inburgeringsplichtigen, is een tijdelijke uitbreiding van de formatie inburgering noodzakelijk voor het opstellen van een Persoonlijk Inburgering Plan (PIP) en regievoering op inburgering. We gaan hierbij uit van een tijdelijke extra formatie (2 fte) voor de uitvoering van deze wettelijke taak. Ter dekking van de tijdelijke kosten wordt een bedrag van jaarlijks € 172.000 onttrokken uit de bestemmingsreserve huisvesting bijzondere doelgroepen. 

GGD-NOG
De kosten van de regionale Gemeentelijke Gezondheidsdienst Noord- en Oost-Gelderland (GGD NOG) stijgen. Het betreft autonome ontwikkelingen, ontstaan door indexaties, stijging van loonkosten en toenemende vraag bij de GGD. Het bestuur van de GGD heeft de opdracht gegeven voor een onderzoek naar kostenbeheersing in de uitvoering. De stijging van de kosten (exclusief uitkomsten onderzoek kostenbeheersing) bedraagt € 3.000 (2025), € 18.000 (2026), € 19.000 (2027) en € 46.000 (2028). De ramingen sluiten aan bij de definitief vastgestelde meerjarenbegroting van de GGD. 

Plus-OV
Ook de kosten van Plus-OV stijgen de komende jaren tot € 1.098.000 in 2025, € 1.183.000 in 2026, € 1.274.000 in 2027 en € 1.375.000 in 2028. De stijging van de lasten wordt veroorzaakt door het loon- en inflatiecijfer van 5,5%. Ook stijgt het aantal ritten. Voor deze stijging is afgesproken dat die maximaal 3,5% mag zijn. Daarvoor wordt de verordening aangepast. De ramingen zijn in de begroting opgenomen aan de hand van de definitief vastgestelde meerjarenbegroting van Plus OV

Basistaken Vitale Samenleving

Uitgangspunten coalitieakkoord

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Uitgangspunten coalitieakkoord

We hebben in onze gemeente een sterke samenleving waarin mensen elkaar kennen en bereid zijn om de handen uit de mouwen te steken. Je treft elkaar om, onder andere in verenigingsverband, te genieten van hobby’s, kunst en cultuur en om te sporten. Samenwerken, leidinggeven, klussen klaren en meningsverschillen oplossen komen bij uitstek naar voren in het verenigingsleven, waarbij het bijdraagt aan vorming en een sterke samenleving. Graag willen wij de verbinding zien met bijvoorbeeld jeugdwerk of andere maatschappelijke functies. Door middel van multifunctioneel gebruik worden de accommodaties waardevoller voor iedereen.

Iedereen weet: bewegen is gezond, zowel fysiek als mentaal. Het is onderdeel van een gezonde leefstijl, waardoor de kans om gezond oud te worden toeneemt. Het is een sociaal moment om vrienden en (on)bekenden te treffen. Wij willen ook niet de bibliotheken vergeten, want die horen bij de basale voorzieningen die wij willen behouden in onze gemeente.

Om bewegen en ontmoeting mogelijk te maken vinden we het belangrijk dat verschillende sportvoorzieningen in de gemeente beschikbaar zijn en de openbare ruimte uitnodigt om te bewegen. We willen dat de gemeentelijke sportaccommodaties laagdrempelig zijn zodat inwoners zo min mogelijk worden gehinderd door financiële, fysieke of sociale drempels om mee te doen. We onderscheiden gemeentelijke en niet-gemeentelijke accommodaties. Sportscholen, tennisbanen en de golfbaan zijn voorbeelden van fantastische voorzieningen waar we als gemeente geen eigenaar van zijn en geen financiële relatie mee hebben. Daarnaast hebben we sportaccommodaties in eigendom waar onder andere de verschillende sporters gebruik van maken. Ons sportbeleid richt zich op de individuele sporter en op de sportaccommodaties die we in eigendom hebben.

Cultuur is een andere belangrijke pijler. Generaties lang wordt cultuur gevormd en verrijkt met nieuwe accenten, invloeden en impulsen. Cultuur maakt hoe we samenleven in onze gemeente.

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Trends en ontwikkelingen

We werken aan de uitvoering van het lokale plan van aanpak voor het Gezond en Actief Leven Akkoord. Het uitvoeringsprogramma van de Sportvisie en de Cultuurvisie zijn hieraan gekoppeld. We zetten in op inclusie, bewegen, ontmoeten, gezond leven, sport en cultuur om gezond en veilig opgroeien en oud worden mogelijk te maken. Dit betekent een versterking van de sociale basis. Dit met een vitale samenleving als doel. De visie op de sociale basis, die in 2024 wordt opgesteld, draagt hier in belangrijke mate aan bij.

Het is belangrijk om te werken aan het bevorderen van gelijke kansen voor iedereen, ongeacht hun achtergrond, geslacht, leeftijd, seksuele geaardheid, fysieke capaciteiten, of etnische afkomst. Diversiteit binnen organisaties, bedrijven en de samenleving leidt tot meer creativiteit en innovatie. Inclusie bevordert begrip en respect tussen verschillende groepen binnen onze samenleving. Inclusieve omgevingen kunnen bijdragen aan het welzijn en de mentale gezondheid van onze inwoners. Daarom werken we aan een inclusieagenda, de uitvoering ervan en een inclusieve samenleving in de gemeente Brummen.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Wat willen we bereiken?

2. De doelen van de drie speerpunten in de visie sport en Bewegen en de uitvoeringsagenda worden fasegewijs in de komende 4 jaar gerealiseerd.

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Wat willen we bereiken? - 2. De doelen van de drie speerpunten in de visie sport en Bewegen en de uitvoeringsagenda worden fasegewijs in de komende 4 jaar gerealiseerd.

Wat gaan we doen?

3. We realiseren de uitvoering van de uitgangspunten zoals die opgenomen zijn in de Cultuurvisie 2024 – 2034 “Cultuur verbindt ons allemaal”

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Wat willen we bereiken? - 3. We realiseren de uitvoering van de uitgangspunten zoals die opgenomen zijn in de Cultuurvisie 2024 – 2034 “Cultuur verbindt ons allemaal”

Wat gaan we doen?

Wanneer zijn we tevreden?

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Wanneer zijn we tevreden?

1. In Q3 heeft het gesprek met 100% van de schoolbesturen plaatsgevonden.

2. Vanaf Q1 is er een structureel uitvoeringsoverleg tussen SWB, stichting Sportkompas en de gemeente.

2. Eind 2025 zijn er twee trainingen gerealiseerd gericht op het versterken van het kader binnen sportverenigingen. Minimaal 50% van de sportverenigingen hebben deelgenomen aan een training.

2. Eind 2025 is er minimaal 1 training gegeven voor sportverenigingen gericht op sport & bewegen en kwetsbare inwoners.

2. In 2025 hebben er drie sportcafé-bijeenkomsten plaatsgevonden. Bij elke bijeenkomst er is sprake van minimaal 50% aanwezigheid van de sportverenigingen.

3. In de zomer van 2025 vindt het kleurrijk, cultureel festival plaats.

3. De uitvoeringsagenda cultuur is met meetbare resultaten en KPI’s in 2025 gereed.

4. De lokale inclusie-agenda is in 2025 gereed.

4. In Q1 is er een inclusiepanel.

Het financieel verloop van de basistaken vitale samenleving

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Het financieel verloop van de basistaken vitale samenleving
Bedragen x €1.000
Exploitatie Begroting 2025 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2026 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2027 Progr.begr. 2025-2028 Begroting 2028 Progr.begr. 2025-2028
Basistaken Vitale Samenleving
Lasten 7.289 7.502 7.510 7.709
Baten 1.414 1.384 1.188 1.204
Stortingen 550 550 550 550
Onttrekkingen 20 62 62 61
Totaal Basistaken Vitale Samenleving -6.405 -6.606 -6.810 -6.995

Financiële ontwikkelingen basistaken sociale leefomgeving

Terug naar navigatie - Basistaken Vitale Samenleving - Financiële ontwikkelingen basistaken sociale leefomgeving

Uitvoeringskosten leerplicht 
De kosten voor de uitvoering van de leerplichttaken door de gemeente Apeldoorn stijgen met ingang van 2025 met € 40.000. Dit in verband met de stijging van loon- en uitvoeringskosten binnen de gemeente Apeldoorn, die deze taak voor Brummen uitvoert. 

Onderwijshuisvesting
De lasten voor investeringen in onderwijshuisvesting vallen als gevolg van de lagere omslagrente goedkoper uit. Het voordeel ramen wij op ongeveer € 135.000 en is structureel.

Het Geheugensteunpunt 
Overeenkomstig gemeld in de Perspectiefnota 2025-2028 is investeren in het Geheugensteunpunt (een algemene voorziening) noodzakelijk om het tempo van de vergrijzing en de hiermee gepaard gaande stijging van het aantal inwoners met dementie te kunnen opvangen. Naarmate de doelgroep groeit zal het Geheugensteunpunt voor de groepen binnen het steunpunt het aanbod moeten uitbreiden om aan inwoners passende dienstverlening te kunnen blijven bieden. Zonder een passend aanbod vanuit het Geheugensteunpunt zullen inwoners zich melden bij het Team voor Elkaar en een Wmo maatwerkvoorziening gaan aanvragen. De kosten zijn dan veel hoger dan nu voor het Geheugensteunpunt wordt aangegeven. Er is een extra structureel budget van € 20.000 noodzakelijk.

Cultuur 
Eerder heeft de raad besloten tot het opstellen van een Cultuurvisie. Om de Cultuurvisie met een uitvoeringsplan te kunnen uitvoeren zijn een aantal kosten noodzakelijk. Zo is voor de uitvoering van het uitvoeringsplan 0,4 fte personele capaciteit (€ 32.800) noodzakelijk. Op dit moment heeft de gemeente Brummen geen beleidscapaciteit cultuur. Om de ambities van de Cultuurvisie in het uitvoeringsplan te kunnen gaan realiseren is uitbreiding van de combinatiefunctie Cultuur nodig. Daarvoor is € 40.000 per jaar structureel nodig. Daarnaast zijn de salariskosten van de combinatiefunctionaris Cultuur nooit geïndexeerd, met als resultaat dat het aantal beoogde uren uitvoering in de praktijk niet gerealiseerd kan worden. Om het aantal uren toch te kunnen realiseren is een aanvullend budget nodig. Dit loopt van € 3.200 in 2025 tot € 8.500 in 2028. Daarmee bedragen de totale kosten € 76.000.

Daarnaast heeft de raad bij de behandeling van de Perspectiefnota een amendement aangenomen om in totaal € 79.000 éénmalig beschikbaar te stellen voor de uitwerking van de Cultuurvisie. Het bedrag wordt gedekt uit het restant van de bestemmingsreserve Corona.

Beleidsindicatoren

Terug naar navigatie - Programma 3 Sociale leefomgeving - Beleidsindicatoren
BBV nr. Benaming Toelichting Jaar Waarde Brummen Waarde Nederland Bron
Lokaal Gebruik Peuteropvang % 2019 90% CBS
2020 91%
2021 90%
2022 93%
17 Absoluut verzuim Aantal per 1.000 leerlingen 2020 - 2,7 DUO / Ingrado
2021 2,3 2,7
2022 9,4 4,2
2023 4,3 6,3
18 Relatief verzuim Aantal per 1.000 leerlingen 2020 16 20 DUO / Ingrado
2021 16 20
2022 33 24
2023 20,5 27,2
19 Vroegtijdige schoolverlaters zonder startkwalificatie (vsv-ers) % deelnemers aan het VO en MBO onderwijs 2020 1,3% 1,7% Ingrado
2021 1,6% 1,9%
2022 1,4% 2,4%
2023 1,7% 2,4%
20 Niet sporters % 2012 49,5% 46,7% RIVM
2016 47,3% 48,7%
2020 52,7% 49,3%
2022 48,2% 46,4%
21 Banen Aantal per 1.000 inwoners in de leeftijd 15-64 jaar 2020 639,3 796,2 LISA
2021 650,1 805,5
2022 654,0 825,0
2023 656,8 836,6
22 Jongeren met een delict voor de rechter % 12 t/m 21 jarigen 2019 1% 1% CBS
2020 1% 1%
2021 1% 1%
2022 1% 1%
23 Kinderen in uitkeringsgezin Domein % kinderen tot 18 jaar 2019 4% 6% CBS
2020 3% 6%
2021 2% 6%
2022 2% 6%
24 Netto arbeidsparticipatie % van de werkzame beroepsbevolking ten opzichte van de beroepsbevolking 2020 69,4% 69,6% CBS
2021 70,3% 70,4%
2022 72,2% 72,2%
2023 72,8% 73,1%
26 Werkloze jongeren % 16 t/m 22 jarigen 2019 2% 2% CBS
2020 2% 2%
2021 2% 2%
2022 2% 1%
27 Personen met een bijstandsuitkering Aantal per 10.000 inwoners 2019 296,0 460,0 CBS
2020 296,1 459,7
2021 221,3 431,2
2022 170,0 344,8
28 Lopende re-integratievoorzieningen Aantal per 10.000 inwoners in de leeftijd van 15 - 64 jaar 2020 134,3 199,1 CBS
2021 118,4 197,7
2022 126,5 197,7
2023 118,1 191,5
29 Jongeren met jeugdhulp % van alle jongeren tot 18 jaar 2019 11,6% 11,9% CBS
2021 11,3% 13,9%
2022 13,6% 13,2%
2023 14,4% 13,5%
30 Jongeren met jeugdbescherming % van alle jongeren tot 18 jaar 2020 1,4% 1,2% CBS
2021 0,7% 1,1%
2022 1,0% 1,2%
2023 1,2% 1,1%
31 Jongeren met jeugdreclassering % van alle jongeren van 12 tot tot 23 jaar 2021 geen data 0,3% CBS
2022 geen data 0,3%
2023 geen data 0,3%
32 Cliënten met een maatwerkarrangement WMO Aantal per 10.000 inwoners 2020 780 700 GMSD
2021 730 700
2022 730 700
2023 720 700